Vandaag verschenen op de voorpagina van Trouw en in de Groene Amsterdammer twee artikelen over windenergie en natuur. Ook EenVandaag besteedt er aandacht aan. Teneur van de berichtgeving is ‘de ontdekking’ dat veel wind- (en zonne-) projecten in of rondom natuurgebieden komen. De cijfers kloppen grosso modo maar al deze informatie is gewoon en vrij makkelijk openbaar te vinden. Zo staan op Windstats.nl alle bestaande windmolens en RvO publiceert elk jaar de monitor wind op land met een overzicht van bestaande én toekomstige projecten inclusief (beoogde) locatie.
Hoe windmolens dichtbij natuurgebieden terechtkomen
Windprojecten staan of komen dus regelmatig in de natuur. De vraag is hoe dit komt en hoe groot de risico’s voor de natuur zijn. Eerst de vraag waarom windmolens regelmatig bij of in natuurgebied worden geplaatst. In het artikel van de Groene Amsterdammer wordt dit goed toegelicht. Er is in Nederland relatief zeer veel wind maar helaas weinig ruimte. Nederland is met haar voedzame delta één van de meest dichtbevolkte gebieden van de wereld waarin bovendien vele verschillende ecosystemen met elkaar verweven zijn.
Gemeenten en initiatiefnemers zoeken daarom naar geschikte locaties terwijl de ruimte schaars is. Vanwege wettelijke normen én de maatschappelijke wens om zover mogelijk uit de buurt te blijven van huizen komen andere locaties in zicht. Er wordt dan vaak naar industrieterreinen/ havengebieden gekeken, waar ook al relatief veel windmolens staan. Maar het lukt niet op alle plekken, er moet rekening gehouden worden met de veiligheid van chemische fabrieken, gasleidingen etc. Daarnaast liggen een aantal grote industriegebieden zoals de Tweede Maasvlakte en de Eemshaven ver van de bewoonde wereld maar wél dichtbij natuurgebieden. Naast de Eemshaven ligt de Waddenzee en bij de Tweede Maasvlakte aan de Noordzee. Vogels en vleermuizen houden zich daarbij natuurlijk niet aan de grenzen die wij mensen aan natuurgebieden geven. Vogels vliegen ook over industrieterreinen en langs de stad.
Er worden ook veel windprojecten gerealiseerd op agrarische grond. Ook hier geldt weer dat dit niet automatisch betekent dat ze ver van natuurgebieden komen te liggen. Zo worden in Flevoland momenteel enkele zeer grote windprojecten gebouwd. Dit gaat in het algemeen in goed overleg met de omgeving die ook mee-investeert. Een deel van deze parken komt in of naast het IJsselmeer te liggen.
Verstoring van vogels en vleermuizen
Windmolens hebben effect op natuur. Vogels en vleermuizen worden soms slachtoffer en/ of hun leefgebied kan worden verkleind/ verstoord. Er is niemand die dat ontkent. We plaatsen dit wel graag in perspectief. De effecten op vogels en vleermuizen zijn relatief klein ten opzichte van andere bedreigingen zoals verkeer, hoogbouw, landbouw en huiskatten. Voor sommige soorten geldt echter dat windenergie een relatief grotere invloed heeft en hier moet en wil onze sector verantwoordelijkheid voor nemen.
Wat doet de windsector? Allereerst zijn er wettelijke eisen, net als voor bijvoorbeeld de aanleg van een dijk of fabriek. Deze zijn vastgelegd in de Wet natuurbescherming; de gunstige staat van instandhouding van een soort mag niet in gevaar komen. Dat betekent concreet dat een soort niet zodanig negatief beïnvloed mag worden door de aanwezigheid van windmolens dat deze blijvend achteruit gaat. Dit is niet anders dan bij bijvoorbeeld de verbreding van een snelweg. In de praktijk moet voor elk windproject een natuurvergunning worden aangevraagd op basis van een onafhankelijk ecologisch onderzoek. Als blijkt dat het windproject teveel invloed heeft op bepaalde soorten vogels of vleermuizen dan moeten mitigerende maatregelen bij het windpark worden genomen die de effecten verminderen. Door middel van monitoring wordt een aantal jaren gekeken of de negatieve effecten niet groter zijn dan vooraf is ingeschat en de mitigerende maatregelen effectief zijn.
Wat we wel en niet weten
In de artikelen wordt gesteld dat we nog niet voldoende zouden weten. Gelukkig weten we best wel veel over specifieke locaties. De grootste kennislacune zit in over sommige vogel- en vleermuissoorten. Mede daarom werken het Rijk, Provincies, NWEA, TenneT, Vogelbescherming Nederland, Zoogdiervereniging en de Natuur en Milieu Federaties samen in een traject: de Natuurinclusieve Energietransitie. Een van de doelen van dit traject is om gericht onderzoek te doen om de kennis over vogels en vleermuizen waar mogelijk te vergroten. Daarnaast is het doel om afspraken te maken waarmee de ontwikkeling van windparken en hoogspanningsverbindingen op land door kan gaan, en tegelijkertijd de negatieve effecten ervan op de staat van instandhouding van kwetsbare vogels en vleermuizen vermindert. De afspraken zijn op hoofdlijnen uitgewerkt en voor iedereen te lezen. De partijen werken de afspraken momenteel verder uit. Doel is om deze rond de zomer 2021 vast te leggen in een convenant.
Hoe we nu al de risico’s verkleinen in de praktijk
Er zijn verschillende manieren om het effect van windmolens op natuur zo klein mogelijk te houden. Sommige locaties zijn niet of minder geschikt en daarnaast kan ook bij de inrichting/ opstelling van een windproject rekening gehouden worden. Verder worden soms gerichte maatregelen opgelegd zoals een stilstandsvoorziening voor vleermuizen of (roof)vogels al dan niet gecombineerd met detectiesystemen. Hierbij wordt in overleg met overheid en natuurorganisaties bekeken of de maatregel zinvol en doelmatig is. Binnenkort start in Nederland ook een zwarte wiek. Onderzoek hiermee in andere landen laat zien dat (roof)vogels hierdoor de molens makkelijker zien en beter kunnen vermijden.
Tot slot, is het überhaupt een goed idee om in of vlakbij natuurgebieden windmolens te bouwen? Op die vraag is geen eenduidig antwoord te geven. Los van de juridische vraag (voldoet een windproject aan de wet natuurbescherming?) zal er verschillend gedacht worden over de wenselijkheid van een windproject in of vlakbij een natuurgebied. Immers, de effecten op de beleving van natuur zijn natuurlijk subjectief. De één vindt het prima te combineren, een ander niet. De uiteindelijke afweging of en waar een windproject komt blijft een afweging voor gemeenten, provincies en het Rijk in overleg met natuurorganisaties, omwonenden, de windsector en andere belanghebbenden. Daarom neemt de windsector haar verantwoordelijkheid en werken we mee aan onderzoek, maatregelen en beleidsvorming. We staan open voor gesprek met iedereen en willen tegelijkertijd ons hard blijven maken voor een snelle overgang naar duurzame energie.
Die overgang naar een duurzame energievoorziening is ook voor de natuur cruciaal, want het gebruik van fossiele brandstoffen en klimaatverandering zijn voor vogels en vleermuizen een zeer groot risico.