Zonder actie van de overheid en industrie is het risico groot dat er onvoldoende vraag is naar windstroom waardoor windparken op zee in de komende jaren niet meer rendabel zijn en niet van de grond komen. Dat brengt de uitrol van wind op zee in gevaar en vormt een groot risico bij het halen van de klimaatdoelstellingen. Dit volgt uit het onderzoek “The Offshore Wind Business Case and Supporting Intervention’. Het onderzoek is een afspraak uit het Klimaatakkoord en verricht door het onderzoeksbureau AFRY (voorheen Pöyry) in opdracht van het ministerie van Economische Zaken (EZK) in samenwerking met de windsector.
NWEA roept namens de windsector de overheid op om de industrie meer zekerheden te geven. Dat kan door vol in te zetten op vraagstimulering van de industrie en zo te zorgen dat de Nederlandse tenders aantrekkelijk blijven voor investeerders.
Onderzoek: investeren in subsidievrije windparken steeds risicovoller
In het klimaatakkoord is als doel gesteld dat in 2030 11,5 GW wind op zee zonder subsidie is gerealiseerd. Het rapport trekt vier belangrijke conclusies:
- De businesscase voor wind op zee staat al op dit moment onder druk en de markt accepteert onrealistische lage rendementen. Het onderzoek schetst dat de risico’s oplopen omdat groei van de vraag uit de industrie onzeker blijft. De vraag is daarbij meest bepalend in de businesscase. Nu groeit het aanbod van windenergie op korte termijn harder dan de vraag. Met name omdat de industrie in Nederland nog te weinig elektrificeert.
- Zonder aanvullende beleidsmaatregelen vanuit de overheid is het waarschijnlijk dat de doelen niet worden gehaald. AFRY beveelt o.a. aan om een routekaart te maken voor de vraag naar elektriciteit, die gelijk op kan gaan met de routekaart die er al is in de windsector. Daarbij moet de overheid de regie nemen.
- Dat vraagstimulering vanuit de industrie essentieel is om de businesscase gezond te krijgen. Hoewel de kosten blijven dalen door schaalvergroting en innovaties, wordt de enorme potentie om windstroom te gebruiken nog onvoldoende benut. Daardoor dalen de marktprijzen nog harder en zijn windparken niet meer rendabel.
- Tenslotte concludeert het rapport dat de markt zelf deze impasse niet kan doorbreken omdat de risico’s te groot en sectoroverstijgend zijn.
Als laatste ziet AFRY kansen bij flexibiliteit. Door de vraag naar elektriciteit meer flexibel te maken past dit beter bij het variabele duurzame aanbod. De inzet van windstroom voor directe elektrificatie en productie van groene waterstof helpt de industrie op een goedkope manier te verduurzamen. Zo kan de windsector door voldoende vraag naar duurzame elektriciteit een gezonde businesscase behouden. NWEA onderschrijft deze kans.
NWEA: Vraagstimulering is keihard nodig
NWEA signaleert dit probleem al enkele jaren, zowel bij de industrie als de overheid. Het gaat echter om grote langjarige investeringen en (deels) nieuw technieken. En ook voor de industrie is de timing essentieel. Om die reden is afwachten tot ‘de markt zijn werk doet’ niet verstandig. Zonder deze zekerheden blijven investeringen in de industrie achter. Hier heeft de overheid een belangrijke rol om via beleidsmaatregelen duidelijkheid te geven aan alle sectoren. NWEA zoekt ondertussen samen met de industrie naar kansen voor meer samenwerking.
NWEA: Blijf inzetten op kostenreductie
Naast een stabiele vraag blijft het belangrijk om de kostenreductie van wind op zee te blijven faciliteren. Een eenvoudige maatregel is het afgeven van een vergunning voor 40 jaar in plaats van de huidige 30 jaar. Dit geeft windparken 10 jaar langer de tijd om hun kosten terug te verdienen. Daarnaast is het zaak om te blijven letten op kostenverhogende maatregelen – zoals die nu volgen uit het NoordzeeAkkoord – wat de kostenverlaging weer teniet kan doen.
NWEA: Nederland moet aantrekkelijk blijven
In de internationaal opererende markt is het bovendien belangrijk om het gelijke speelveld te bewaken. Offshore wind is een internationale markt en investeerders kijken welk land de beste voorwaarden schept voor investeringen. In Groot-Brittannië en Denemarken kiest de overheid voor een backup-systeem waarmee de overheid de risico’s op het niet halen van klimaatdoelen niet eenzijdig bij de markt neerlegt maar meer verdeeld. De windsector vindt het verstandig als in de wijziging van de Wet Windenergie op Zee opties worden opgenomen die in de toekomst gebruikt kunnen worden als dit noodzakelijk is.